De Belgische vastgoedsector staat voor een belangrijke verandering. De federale regering heeft aangekondigd dat de federale intrestaftrek zal worden stopgezet. Maar wat betekent dit concreet voor jou? En waarom doet de overheid dit? In deze blogpost leggen we uit wat de afschaffing inhoudt, waarom deze maatregel er komt en hoe dit invloed heeft op zowel consumenten als investeerders.

Wat is de federale intrestaftrek?

De federale intrestaftrek is een fiscaal voordeel dat vastgoedinvesteerders toelaat om betaalde intresten op hun leningen af te trekken van hun belastingen. Dit geldt niet voor je gezinswoning, aangezien de inkomsten van je eigen woning niet belast worden. De aftrek is enkel van toepassing op vastgoed dat gekocht wordt voor andere doeleinden, zoals huurwoningen of tweede verblijven.

Waarom wordt de federale intrestaftrek afgeschaft?

Tijdens de presentatie van het federale regeerakkoord werd al duidelijk dat vastgoed niet helemaal ontzien zou worden in de zoektocht naar budgettaire besparingen. Met een beoogde besparing van 210 miljoen euro besloot de regering om de federale intrestaftrek volledig stop te zetten. Dit besluit werd pas bevestigd bij de publicatie van de budgettaire tabellen.

Een belangrijke reden voor deze beslissing is de perceptie van onrechtvaardigheid. Na de regionalisering en afschaffing van de woonbonus in de drie gewesten, bleef een kleine groep mensen nog toegang hebben tot een federale woonbonus. Deze situatie werd als oneerlijk beschouwd. Met de afschaffing van de federale intrestaftrek wil de regering een stap zetten naar meer gelijkheid in de woonfiscaliteit.

Wie wordt getroffen door deze maatregel?

De afschaffing van de federale intrestaftrek treft voornamelijk vastgoedinvesteerders, inclusief mensen die een tweede verblijf of huurwoning hebben gekocht met een lening. Wat het nog pijnlijker maakt: deze maatregel zal niet alleen gelden voor nieuwe contracten, maar ook voor bestaande kredieten. Dit betekent dat wie in het verleden een lening afsloot met de verwachting van fiscale voordelen, deze nu ziet wegvallen. Dit gaat in tegen het principe dat bestaande afspraken door de overheid zouden moeten worden gerespecteerd, een principe dat bekend staat als 'pacta sunt servanda'.

Impact op de huurmarkt en investeringen

De gevolgen van deze maatregel zullen voelbaar zijn op de huurmarkt. Voor veel investeerders was de intrestaftrek het laatste belastingvoordeel dat hen aanmoedigde om te investeren in huurwoningen. Het wegvallen van dit voordeel kan leiden tot minder investeringen in het vastgoedsegment, wat uiteindelijk een negatieve impact zou kunnen hebben op de huurmarkt. Met minder nieuwe woningen op de markt bestaat de kans dat huurprijzen op termijn zullen stijgen.

Bovendien kan de maatregel ook gevolgen hebben voor het niet-residentiële vastgoedsegment, zoals winkels en kantoren, aangezien investeringen in deze sector vaak met kredieten worden gefinancierd.

Is dit eerlijk?

Een opvallend verschil met eerdere maatregelen in de vastgoedsector, zoals de afschaffing van de woonbonus, is dat de federale intrestaftrek ook wordt afgeschaft voor lopende contracten. Bij de woonbonus werden lopende contracten beschermd, een principe dat hier niet wordt gevolgd. Dit zorgt voor frustratie en onzekerheid bij investeerders die hun financiële planning hadden gebaseerd op bestaande regels.

Hoe gaat het nu verder?

Hoewel de maatregel pas ingaat vanaf 1 januari 2026 (bron), is de impact op de vastgoedsector nu al onderwerp van discussie. Volgens de regering past deze beslissing binnen het idee dat "de sterkste schouders de zwaarste lasten dragen". Maar critici wijzen erop dat dit besluit op termijn kan zorgen voor een afname van investeringen, waardoor de pijn niet enkel bij investeerders maar ook bij huurders zal worden gevoeld.

Conclusie

De afschaffing van de federale intrestaftrek markeert een grote verandering binnen de vastgoedfiscaliteit. Het brengt een zware belastingverhoging van 210 miljoen euro met zich mee, wat vooral vastgoedinvesteerders zal treffen. Hoewel de maatregel wordt gepresenteerd als een kwestie van fiscale rechtvaardigheid, roept het ook vragen op over de manier waarop de overheid omgaat met lopende engagementen.

Voor consumenten en huurders is het belangrijk om de mogelijke gevolgen op de huurmarkt in het achterhoofd te houden. Of de afschaffing echt de gewenste effecten zal hebben, blijft afwachten. Eén ding is zeker: de vastgoedsector zal deze verandering niet snel vergeten.

Bron: CIB